De geschiedenis van de Hofmarjannekes

De dans en de Dansmarietjes

Als je in de deinende mensenmenigte in de diverse zalen of bij de optochten terecht komt, dan doe je eigenlijk automatisch mee. In zuidelijke landen vindt men het (samen) dansen vanzelfsprekend, maar het lijkt wel of het in onze streken alleen maar met carnaval kan.

Hoe dan ook, iedereen doet met carnaval mee met het dansen, hossen, de polonaise. Vaak zijn de liedjes wat betreft tekst en muziek uitnodigend om "uit de bol te gaan", zoals men dit dan noemt. Jullie zien bij de grote Prins en bij de Jeugdprins steeds een aantal, meestal in rood en wit, uitgeruste meisjes die vaak een dansje uitvoeren. Deze noemt men dansmarietjes.
In Striepersgat worden ze de "Hofmarjannekes" en bij de jeugd de "Hopmarjannekes" genoemd. Deze typische carnavalsvorm komt eigenlijk uit Duitsland. Daar ontstonden dansgardes met mannen die het militairisme van de Pruisen belachelijk wilden maken en als een soort "schertsleger" op muziek "marcheerden" en een "omgekeerde" militaire groet brachten (met de rechterhand op de linkerslaap salueren).
In Duitsland bestaat zo'n dansgarde met mannen nog steeds, maar in ons land zijn het de meisjes die "met de benen van de vloer" gaan. Het "Tanzmariechen" van nu lijkt veel op een marketentster, die zo'n 2 à 300 jaar geleden met de legers meetrok en de soldaten voorzag van versnaperingen en sterke drank. Daarnaast keek men ook naar revue-girls die een soort ballet ten beste gaven. Als je de danseresjes van nu ziet, dan zie je dat het niet zo maar wat danspasjes maken is, maar vaak professioneel eruit ziet.

Het eerste Striepersgatse dansmarietje heette Eefke Eigenberg en die danste in 1960 helemaal alleen tijdens de optocht voor de prinsenwagen uit. Dat 't dansmarietje nog steeds in de carnavalswereld leeft, mag blijken uit het feit dat er ook nu nog zgn. Dansmarietjestoernooien worden gehouden in Dommelen en dan met deelname uit allerlei omliggende plaatsen en ook nog uit België.